Rentevoet: vast of variabel?

Rentevoet

Stel: je wil graag investeren in een hotelkamer en je vraagt een financiële instelling om jou (een deel van) het geld te lenen. Daar zal zij waarschijnlijk graag aan tegemoetkomen, maar natuurlijk niet voor niets. Je betaalt naast het geleende bedrag immers ook een rente terug, meestal uitgedrukt in procent. Het is de zgn. rentevoet die bepaalt hoe hoog dat percentage is en kan zowel vast als variabel zijn.

Hoe hoog de rentevoet op een bepaald moment ligt, hangt vooral af van het economische klimaat op dat ogenblik. Bovendien biedt de ene financiële instelling een al voordeligere rentevoet aan dan een andere. Maar ook andere factoren kunnen de hoogte van de rentevoet voor jouw lening bepalen, zoals:

  • Je staat bij de financiële instelling bekend als trouwe spaarder;
  • Je geniet als goede klant het vertrouwen van de financiële instelling;
  • Je sluit tegelijkertijd ook een levens- of brandverzekering af;
  • De verhouding tussen het geleende bedrag en de reële waarde van het onroerend goed.

De vaste rentevoet

'Vast' kan je hier letterlijk nemen: de rentevoet die je aan het begin van de lening afspreekt, blijft ongewijzigd gedurende de hele looptijd van de lening. Ongeacht wat het economische klimaat is. Het grote voordeel van de vaste rentevoet is dan ook dat je duidelijk weet waar je aan toe bent. Het nadeel is dan weer dat de vaste rentevoet meestal hoger ligt dan de variabele, vooral omdat de financiële instellingen zich zo optimaal willen wapenen tegen toekomstige schommelingen.

De variabele rentevoet

Hierbij kies je ervoor de rentevoet mee te laten schommelen met de algemeen geldende rentevoet. Dat lijkt voor de hand te liggen, maar is niet helemaal zonder risico. Het voordeel is dat je initieel kan profiteren van een lagere rentevoet dan bij de vaste rentevoet, maar hou er rekening mee dat de algemene rentevoet ook altijd kan stijgen. Het bedrag van je terugbetalingen stijgt navenant en kan zo op een bepaald moment mogelijk te hoog worden voor jouw budget.

Om al te grote en steeds terugkerende schommelingen te vermijden en zo - vooral - de kredietnemer te beschermen, heeft de wetgever dan ook een aantal regels voor leningen met een variabele rentevoet uitgevaardigd:

  • Alle leningscontracten moeten een minimale en maximale rentevoet aanduiden;
  • Een aanpassing van de rentevoet mag slechts één keer per jaar worden uitgevoerd en dit op een vast tijdstip;
  • Tijdens de eerste drie jaar mag de rentevoet maximaal 2 procent stijgen.
Lees ook andere artikels over Financieel