Investeren met je aanvullend pensioen

Niet iedereen denkt er meteen aan, maar sinds 1 juni 2006 is het wettelijk toegestaan om in vastgoed te investeren via je 2e pensioenpijler, of het nu om een CPT (Collectieve Pensioentoezegging, beter bekend als de groepsverzekering voor werknemers) een IPT (Individuele Pensioentoezegging voor zelfstandigen) of een VAPZ (Vrij Aanvullend Pensioen voor Zelfstandigen) gaat. Het is nochtans een prima manier om je pensioen veilig te stellen en zelfs te maximaliseren.

 

Je spaarreserve beschermen tegen toenemende inflatie

De almaar lagere rentes en het inflatiespook kunnen ook het kapitaal van je aanvullend pensioen zwaar onderuit halen. Je kan gelukkig je spaarreserve beschermen door je aanvullend pensioen te gebruiken om in vastgoed te investeren. Het verleden heeft immers al bewezen dat de waarde van het vastgoed mee evolueert met de inflatie en die zelfs overstijgt. Bovendien kan je genieten van de huuropbrengsten van je vastgoed.

 

3 formules waaruit je kan kiezen

Om het kapitaal van je aanvullend pensioen te 'herbeleggen' in vastgoed, zijn er drie mogelijkheden, namelijk een voorschot, een inpandgeving of een wedersamenstelling. Hieronder even wat meer uitleg over deze drie opties:

 

1. Een voorschot op je polis
Als je een bestaande pensioenverzekering hebt, kan je een voorschot vragen om in vastgoed te investeren. De reeds gespaarde bedragen noemt je verzekeraar de 'wiskundige reserve' en meestal kan je makkelijk en zonder al te veel formaliteiten 60 tot 75 procent van deze wiskundige reserve ontlenen. Het voorschot wordt berekend op het reeds opgebouwde kapitaal en houdt dus geen rekening met toekomstige premiestortingen. Je contract wordt niet beëindigd en je bouwt je aanvullend pensioen dus rustig verder op. Je kan kiezen om de interesten periodiek te betalen of eenmalig aan het einde van je contract.
Extra voordeel bij deze formule is dat je geen schattings- of notariskosten moet betalen, noch registratierechten of een hypothecaire inschrijving (zie ook 'Wat zijn de extra kosten bij een lening?').

2. De wedersamenstelling
Je kan bij je bank ook een zgn. 'bulletlening' sluiten, waarbij je interesten betaalt maar geen kapitaalaflossingen. Je betaalt dus enkel de interesten op de lening terwijl jij zelf of je bedrijf verder de (tot 80 procent!) fiscaal aftrekbare premies blijven storten voor jouw extralegale pensioen. Die premies worden dan uiteindelijk gebruikt om het kapitaal van de lening volledig terug te betalen op jouw pensioendatum. Het geleende kapitaal wordt door de verzekeraar in één keer terugbetaald aan de bank op het moment dat je op pensioen gaat.

3. Inpandgeving
Hier dient je verzekeringscontract als garantie voor een krediet dat je als privé-persoon afsluit bij een financiële instelling. Je gebruikt dus het pensioenkapitaal van je aanvullend pensioen als bijkomende waarborg voor een lening of hypothecair krediet (zie ook 'Welke soorten leningen bestaan er?').

 

De voordelen op een rijtje

  • Je spaart via je beroepsactiviteit voor je pensioen, maar je profiteert al eerder van het opgebouwde kapitaal;
  • Je kan je pensioenkapitaal geheel of gedeeltelijk gebruiken om in vastgoed te investeren;
  • Je moet je persoonlijke reserves niet aanspreken of wachten tot je pensioen;
  • Je vastgoed is je eigendom zodra je op pensioen gaat;
  • De opbrengst van je aanvullend pensioen is een stuk hoger dankzij je investering in vastgoed.

 

 

Lees ook andere artikels over Sparen en pensioen